De zomer van 1951 Het volleybal in Rijssen is ontstaan op het zwembad van Rijssen waar een aantal enthousiastelingen ging volleyballen naar dat ze van het VVV een volleybalnet en een volleybal hadden gekregen. Na veel gezeur! Als ze niet buiten konden volleyballen namen ze de intrek in het gebouw Jeruel. Er werd aanvankelijk geen competitie gespeeld maar er werd vriendschappelijk geoefend. De pioniers van het Rijssense volleybal waren al zo progressief dat ze al demonstraties gaven in plaatsen als Almelo en Enter.
Het echte werk De oprichting van de volleybalclub vond plaats in de zomer van 1951. Men besloot een half uur voor de training begon in de zaal te komen en enkele rondjes te lopen in de omgeving. Bij de thuiswedstrijden hadden ze flinke belangstelling. Ze heften een entree van een kwartje en kregen iedere speel avond toch nog F20,- bij elkaar. Het waren vooral jeugdigen die een hels kabaal maakten dat zelfs de scheidsrechter het publiek tot kalmte moest manen. Ze hadden ongeveer 50 leden en speelden met 2 heren en 2 dames teams in de competitie. Het eerste heren en dames team speelde promotieklasse. De voorzitter was Van Echten sr., en de secretaris was P.J. Smit.
Hier volgt een overzicht van 25 jaar volleybal sport in Rijssen (1951 - 1976) De officiële geboortedatum is dinsdag 9 oktober 1951, de plaats was hotel Gijsbers en de peetouders de heren Kappert en Gijsbers van de Rijssense VVV, Marktwezen en Plaatselijk Belang. Er waren 20 leden en een week later op 16 oktober, bleek Jan Smeijers de geestelijke vader van de naam: RIVO Twee weken later kwam er ook een damesafdeling bij, zodat de zaak compleet was. Penningmeester was de heer J. Smeijers, secretaris wijlen de heer G. Wolters. Het Rijsssense weekblad van 2 november meldde al deze gebeurtenissen onder de toevoeging dat het "geen ruw en geen duur spel is" en dus "veel genogen geeft voor weinig geld". De dames en heren trainden in Jeruel, een zaaltje van ongeveer 4 meter hoogte en minimale binnenafmetingen. Het spreekt van boekdelen dat er een speciale lampen commissie was, die tijdens de training van de zolder geslagen verlichting weer installeerde. Rivo begon met een eigen clubblad geredigeerd door de heer Hoebee. Het eerste nummer, in januari 1952, vermelde al een ledenlijst van 21 dames en 19 heren. Dat zou later wel een minder zijn. Die leden van het eerste uur waren: Bij de vrouwen: Dinie Bakker, Gees Bakker, Aaltje Blankvoort, Dientje Geerling,Mieke Gerritsen,Mieke de Goeijen , Marie Grooteboer, Hanna ten Hove, Ditje Jorissen, Jaantje ter Keurs, Dien Klein Horsman, Gerda Lammers, Wimmie Mensink, Line v.d Noort, Johanna Nijhuis, Gees Pennings, Willy Sanderman, Jo Taal, Jo Waanders, Rie Waander en Dina Wilmink. Bij de Heren: G. Aaftink, H. Baan, H. de Goeijen, G. Harbers, J.p. Hoebee, H. Jorissen, J. ter Keurs, H. de Koning, M. Kuikman ( hij werd al spoedig voorzitter), H. Meijerink, J. Pluimers, G. Renger, A. Schultz, J. Smeijers, H. Wilmink, G. Wolters, J. Wolters en H. Woudenberg. De eerste paar jaar staan dan helemaal in teken van het prille begin. Contributie betalen en trainingsbezoek zijn duidelijk de zwakke punten van de Rivoleden, een competitie is er nog niet zodat links en rechts tegenstanders te voorschijn worden gehaald; een bedrijfsteam uit Wierden; een politie zestal uit Almelo en een lerarenploeg uit Enschede. Bij slecht weer wordt er getraind in Jeruel, bij goed weer wordt er getraind op het veld bij het zwembad. Dat schept trouwens de organisatorische problemen, want in die tijd werd in Rijssen nog niet gemengd gezwommen. De heren moesten dus maken dat ze wegkwamen, als het tijd was voor de damestraining. anders kwamen er moeilijkheden. De Clubbladen uit die tijd geven waardevolle informatie voor de beginnende volleyballers: "De Smash is een van de moeilijkste onderdelen van het spel. Werkelijk goede smashers zijn in ons land nog uitgezonderd". In november 1952 vermeldt het Rivo blad dat in Hengelo ook een afdeling van de NeVoBo is opgericht. Rivo speelt dan al vrij regelmatig oefenwedstrijden tegen Achilles Almelo; C.J.M.V. Nijverdal ( later Visnet geheten); KEV Hengelo en Juliana Enschede. Inmiddels had de club al een voorzitterloos tijdperk achter de rug, omdat voorzitter, omdat voorzitter Kuikman bij gebrek aan medewerking de hamer had neergelegd. Hij werd opgevolgd door de heer A. Vrugteveen met als secretaris G. Wolters en als penningmeester J. ten Brinke. Bij die gelegenheid openbaart zich en befaamde Rivo kwaal: weinig belangstelling voor vergaderingen. Er waren 20 van de 41 leden aanwezig.... Eind 1954 komt er wat meer lijn in de zaak. Rivo gaat in Almelo lossen competitie spelen, geeft daar blijkens in het Weekblad voor Rijssen verslagen op een indrukwekkende manier visite kaartjes af en eindigt op de tweede plaats achter het toen onverslaanbare zestal van het Erasmus-lyceum. En dat ondanks het feit, dat de kas op de ledenvergadering in januari nog net negen nullen telde... . Het ledental schommelt nog steeds rond de veertig. Het trainingsbezoek is overigens dermate teruggelopen dat het bestuur in arren armoede vijf gulden uitloofde voor het lid, dat over een onbepaalde periode het vaakst komt. Een jaar later blijkt dat het geld in de kas is gebleven. De heer Kootstra wordt in 1955 tot voorzitter gekozen als opvolger van de heer G. Wolters. Zijn standaardopmerking moet volgens hen die het weten kunnen, zijn geweest:,"We zijn in een impasse geraakt, heren!", zodat er kennelijk nog wel eens wat misliep. Op het sportieve vlak gaar overigens alles naar wens. De nieuwe zaal aan de Schoolstraat wordt in gebruik genomen, de dames afdeling krijgt een echte trainer in de persoon van onderwijzer Dick Looyen. Hij zou later voorzitter worden en bovendien zijn levensgezellin in het Rivo-milieu vinden. Zijn training was kennelijk erg goed, want in het clubblad verschenen al gauw opmerkingen als: " Kwamen eertijds de dames druk kwebbelend de zaal uitzetten, tegenwoordig sluipt men heel bedaard en gekweld door vreselijke spierpijnen naar huis...." In het seizoen '56'57 wordt het eerste zestal kampioen van de afdeling Almelo en verovert daarmee de Dagblad van het Oosten-beker. Dat levert de eerste foto in de krant opDe spelers van toen: J.Wolters, H. Wilmink, A. Vrugteveen, G. Aaftink, K. Riemens, A. ten Hove en G. Renger. Inmiddels is het clubblad ter zielen gegaan zo ongeveer bij gelegenheid van het eerste lustrum. Rivo speelt in 1957 in de toen nog wilde Nijverdalse competitie, doet het middelmatig, maar klopt in de zomer van 1958 de voltallige concurrentie. Dat levert ook onmiddelijk leden winst op, met als gevolg dat in 1958 twee herenteamcompetities uitkomen, het eerste in Almelo en het tweede in Nijverdal. Dat wisselen tussen Nijverdal en Almelo is trouwens gebleven. In september 1959 komt het eerste grote succes: de heren worden in Almelo kampioen, veroveren voor de tweede keer de DvhO- beker en promoveren naar de pas ingestelde Overgangsklasse. De reserves bungelen bij gebrek aan stootkracht in Nijverdal onderaan, hoewel het team volgens krantenverslagen uit die tijd wel een superieure techniek demonstreert. Het dames zestal wordt in Nijverdal vierde. Het gepromoveerde zestal bestond uit: J. Wolters, H. Wilmink, G.J. Roosink, H.v.d. Breemen, D. Looyen, J. Blik, J. Wolterink en J. Nijsink. Daarmee is Rivo dan eindelijk in wat hogere regionen gekomen. Dat resulteert ook in een ledengroei die er toe leidt dat in september 1959 twee heren- en twee dames- teams kunnen worden ingezet. De training wordt verzorgd door achtereenvolgens de heer D. Looyen, de heer Van Wijk uit Hengelo- RIvo's eerste trainer van buiten- en de eerste- zestalspelers Gerrit Roosink en Jan Blik. De dames training wordt gegeven door Gerrit Aaftink, naderhand door de groei van deze afdeling- er kunnen zelfs drie teams worden geformeerd wat voor Rivo een ongekende luxe is, bijgestaan door Marinus Jansen. Nieuw is, dat Rivo in de overgansklasse ook de wedstrijden in Rijssen kan spelen, Hoewel de zaal aan de schoolstraat niet al te veel publiek kan bergen, zijn de thuiswedstrijden toch altijd levendige aangelegenheden. Tot 1961 verloopt verder alles naar wens, al moet in 1960 het derde dames team bij gebrek aan belangstelling worden terug getrokken. De heren bereiken in de overgansklasse een verdienstelijke derde plaats. De competitie-indeling was toen een andere dan nu: plaatselijk ware NeVoBo-competities, regionaal bestond een- later twee- overgansklasse en daarboven rangeerden zes regio hoofdklassen. Eind 1961 ziet het er helaas zorgeljker uit. Doordat een aantal eerstezestalspelers Rivo verlaat en de kosten sterk stijgen, moet dat zestal teruggenomen worden naar de eerste klassen afdeling Nijverdal, waarin ook slechts een dameszestal speelde. In de jaarvergadering van 24 januari 1961 wordt de heer M. Kreijkes tot voorzitter |